We moeten nogal wat bereiken met zijn allen om te komen tot een CO2 neutrale en circulaire economie de komende decennia. Overstappen op schoon rijden, varen, vliegen en produceren, onze steden en voedselvoorziening vergroenen, efficiënter omgaan met de grondstoffen van producten en gebouwen. Zulke wicked problems dat geen bedrijf, kennisinstituut of gemeente ze zelfstandig oplost. Er is geen natuurlijke regisseur. En we hebben niet eerder aan de lat gestaan van zulke omvangrijke en noodzakelijke transities. Een uitdagende basis voor innovatie. Het kabinet moedigt cross-sectorale samenwerking aan om tot oplossingen te komen. Overal ontstaan nieuwe allianties, zo was te lezen in het FD van 14 juli. Wat zijn de randvoorwaarden voor sterke regionale allianties die leiden tot effectieve oplossingen voor deze wicked problems?
Benut het DNA en de energie van de regio
Bezoekers van het muziekevenement Eurosonic Noorderslag die muntthee bestelden, werden dit jaar verrast. Het water was onttrokken uit urine dat met behulp van ESA ruimtevaarttechnieken was gezuiverd tot herbruikbaar water en kunstmest voor het kweken van de munt. De bezoekers waren het testpanel, het evenement het laboratorium van het Europese prijswinnende Innofest, dat startups helpt hun innovaties te testen binnen de tijdelijke mini-maatschappij van festivals. Innofest ontstond in het noorden van Nederland. Niet vanwege de relatief grote hoeveelheid muziekfestivals die dienst kunnen doen als testlocaties, daar zijn er immers in de randstad net zoveel van. Maar vanwege het feit dat de noordelijke regio de festivals heeft omarmd als onderdeel van de lokale identiteit, het regionale DNA. Werken vanuit deze kern, deze lokaal aanwezige energie, creëert een vanzelfsprekende ‘coalition of the willing’ rondom festival-gedreven-innovatie. Wat zich uit in welwillendheid tot samenwerken door festivalorganisaties met bedrijven en tot in ondersteuning door gemeenten. Ook uit andere Europese landen is er inmiddels interesse in de Innofest aanpak.
Beschouw de regio’s als kwartiermakers
Het benutten van de aanwezige regionale wil en energie blijkt op veel plekken een belangrijke start voor echte vernieuwing. De regio Eindhoven is door de structurele focus op techniek en design eerder uitgeroepen tot ‘‘s werelds slimste regio’. Rotterdam profileert zich als havenstad met duurzaamheid, architectuur en water, wat zich uit in unieke initiatieven als de Haven Havo en de Internationale Architectuur Biënnale. Groningen stad en provincie sloten zich onlangs aan bij de door onder meer Greenpeace opgerichte Waterstofcoalitie. Groningen is daarmee voorloper in Europa in op het gebied van toepassing van waterstof. Het innoveren vanuit een herkenbaar regionaal DNA heeft twee grote voordelen; het trekt talenten aan die de motor vormen voor vernieuwing en de vernieuwingen zelf zijn een bron voor economische groei. Voor regio’s zonder uitgesproken profiel is het dan ook aan te bevelen aandacht te steken in hun positionering. Hierbij is het nadrukkelijk niet de bedoeling deze positionering alleen te gebruiken ter versterking van de eigen concurrentiepositie, zoals we dat in het bedrijfsleven gewend zijn. Willen we als land vooruitkomen, dan moeten we de op basis van regionale energie aangeboorde nieuwe kennis en ideeën genereus delen. De regio moet hierbij worden gezien als kwartiermaker in een specifiek domein, zoals we dat ook van kennisinstellingen kennen. De vooruitgeschoven post die andere regio’s kan inspireren.
Organiseer toevallige verbanden, gericht op D&R
Een cruciaal onderdeel voor het benutten van de aanwezige regionale energie, is het faciliteren van fysieke hubs als mentale vrijplaats voor experiment. Het zijn deze plekken die zorgen voor toevallige samenkomst van vernieuwingsgerichte denkers en doeners. Een samenwerking tussen gemeente Leeuwarden, Microsoft en Grendl games die leidt tot structurele waterbesparing in de stad, ontstaan in de tot innovatiehub omgebouwde oude gevangenis de Blokhuispoort. Hoogwaardige tassen gemaakt van fruitafval, ontstaan in het op circulariteit gerichte Blue City, gevestigd in het oude zwemparadijs Tropicana in Rotterdam. Initiatieven die zonder de toevallige samenkomst van denkers op georganiseerde vrijplaatsen niet waren ontstaan. Vrijplaatsen waar men een kanteling maakt van research and development (R&D), naar doing and researching (D&R): experimenteren totdat de gewenste impact wordt bereikt en daarna onderzoeken hoe dit op te schalen. Zonder fysieke plek, geen toevallige ontmoetingen. Zonder ontmoetingen, geen coalitions of the willing. Zonder coalitions of the willing, geen innovatie. Investeren hierin dus.
Durf klein én groot te denken
Innoveren in regio’s om complexe, vaak mondiale transities te maken. Het lijkt een tegenstrijdig gegeven, uniek voor onze tijd. Maar wat blijkt? Grootse steden als Wenen, Athene, Rome en Florence lieten in historische tijdperken een geweldige verbeeldings- en innovatiekracht zien. De Engelse urbanist en geograaf Sir Peter Hall toonde aan dat deze steden daarin drie grote overeenkomsten hadden: concentratie, diversiteit in denken en vrijheid om te experimenteren. Voorwaarden waarmee de creativiteit loskwam om uitdagingen te transformeren, en gelijktijdig te werken aan versterking van de regio. Anno 2018 zijn de uitdagingen misschien urgenter en complexer, maar het zijn exact deze voorwaarden die nog steeds van toepassing zijn. We moeten daarom extra inzetten op sterke coalitions of the willing met regionale energie die kwartier maken vanuit fysieke innovatiehubs om deze vervolgens landelijk of mondiaal opschalen. Zo kunnen de resultaten van een waterzuiveringstest uit Groningen opgepikt worden door bijvoorbeeld het Rode Kruis en op vele plekken in de wereld waar schoon drinkwater, voedsel en sanitaire voorzieningen een groot probleem zijn haar waarde gaan bewijzen. En komen we van experiment naar toepassing en van regionale naar wereldoplossingen.